Leningenportefeuille

In 2020 is evenals in voorgaande jaren de kortlopende financieringsbehoefte gedekt met kasgeldleningen met looptijden van gemiddeld één maand. De kasgeldleningen werden alle gesloten tegen negatieve rente. Op deze wijze is maximaal geprofiteerd van de negatieve rente op kortlopende leningen.

Het college heeft het beheersen van de schuldpositie als belangrijke opgave benoemd. In dit verband is een dalend schuldenplafond vastgelegd van € 315 miljoen op 31 december 2018 en daarna een jaarlijkse verlaging volgens de volgende reeks: € 310 miljoen per ultimo 2019, € 305 miljoen per ultimo 2020, € 300 miljoen per ultimo 2021 en € 295 miljoen per ultimo 2022.

Opgenomen gelden (o/g)

Onderstaand een overzicht van de mutaties in de leningenportefeuille opgenomen langlopende en kortlopende gelden (o/g). Uit de tabel kan ook de gemiddelde rentevoet van het vreemd vermogen worden afgeleid. De afname van de gemiddelde rentevoet van het lang vreemd vermogen wordt met name veroorzaakt door de omzetting van een tweetal aflossingsvrije leningen.

Opgenomen gelden (o/g)

Bedragen * € 1.000.000

Begroting 2020

 Realisatie 2020

Verschil

Stand per 1 januari 2020

Langlopende financiering

+

248,3

248,4

0,1

Kortlopende financiering

+

20,1

19,6

-0,5

Uitzetting in 's Rijks Schatkist

-

Omvang leningenportefeuille/schuldpositie

=

268,4

268,0

-0,4

Aflossingen en herfinanciering

Langlopende financiering - reguliere aflossingen

+

-14,2

-13,5

0,7

Langlopende financiering - extra aflossingen

+

-36,9

-36,9

Langlopende financiering - nieuwe leningen

-

24,0

76,9

52,9

Kortlopende financiering - mutatie gedurende het jaar

+

-10,1

-5,5

4,6

Uitzetting in 's Rijks Schatkist - mutatie gedurende het jaar

+

-40,0

-40,0

Mutaties in leningenportefeuille/schuldpositie

=

-0,3

-19,0

-18,7

Stand 31 december

Langlopende financiering

+

258,1

274,9

16,8

Kortlopende financiering

+

10,0

14,1

4,1

Uitzetting in 's Rijks Schatkist

-

-40,0

-40,0

Omvang leningenportefeuille/schuldpositie

=

268,1

249,0

-19,1

Schuldenplafond

305,0

305,0

Ruimte onder het schuldenplafond

36,9

56,0

Gemiddelde rente opgenomen per 31 december

3,07%

3,03%

0,04%

Het bedrag van € 76,9 miljoen nieuw aangetrokken leningen 2020 laat zich als volgt onderscheiden:

  • € 23,0 miljoen aflossingsvrije leningen die zijn omgezet een lineaire lening
  • € 13,9 miljoen lineaire lening die is geherfinancierd met een langere looptijd
  • € 40,0 miljoen lineaire lening ter dekking van een gedeelte van de meerjarige financieringsbehoefte. Dit bedrag zal naar verwachting vanaf medio 2021 geleidelijk worden aangewend.

De omvang van de leningenportefeuille bedraagt op 31 december 2020 € 249 miljoen, € 19,1 miljoen lager dan de omvang waar in het najaar 2019, bij het opstellen van de begroting 2020, van werd uitgegaan. De belangrijkste oorzaak voor deze afwijking is dat de omvang van de Algemene Uitkering inclusief verrekeningen van eerdere jaren zich lastig vooraf laten inschatten. Daarom wordt deze defensief in de liquiditeitsplanningen opgenomen. Met name als gevolg van diverse verrekeningen bleek de werkelijke uitkering over 2020 € 15 miljoen hoger dan eind 2019 in de liquiditeitenplanning was voorzien.

In lijn met deze afname vertoont ook de netto schuldquote een dalende trend. Dit cijfer geeft inzicht in het niveau van de gemeentelijke schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen. Het geeft dus een indicatie van de mate waarin de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie drukken. Een laag percentage is gunstig. Het GTK (Financieel Toezichtkader) van de provincie Zuid-Holland adviseert om 130% als maximum norm te hanteren en daarboven de schuld af te bouwen. De schuldquote vormt onderdeel van de kengetallen, zoals weergegeven in paragraaf 4.2 Weerstandsvermogen en Risicobeheersing.