Wettelijk voorgeschreven indicatoren

Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) verplicht de gemeente om in de programma’s te rapporteren over de realisatie van de maatschappelijke effecten aan de hand van voorgeschreven beleidsindicatoren, die gepubliceerd worden op waarstaatjegemeente.nl. De wetgever wil met deze kengetallen de vergelijkbaarheid tussen gemeenten vergroten. Alle gemeenten zijn immers verplicht deze kengetallen te publiceren. Veel kengetallen zijn echter niet van recente datum en sluiten vaak onvoldoende aan bij wat de gemeente zelf wil bereiken. Daarom heeft de gemeente naast de wettelijke verplichte indicatoren ook eigen indicatoren opgenomen. Daarnaast zijn in onderstaande tabel in voorkomende gevallen relevante referentiewaarden van voorgaande jaren en/of eigen streefwaarden toegevoegd.

Taakveld

Indicator

Meeteenheid

Periode

Gouda

Nederland

Streefwaarde

Realisatie

8. VHROSV

Gemiddelde WOZ waarde

duizenden euro's

2016

176

209

2017

180

217

2018

188

230

2019

206

248

2020

222

270

8. VHROSV

Nieuw gebouwde woningen

per 1.000 woningen

2019

4

9,2

6

De stijging van de WOZ-waarde in Gouda zit met 8% vrijwel op hetzelfde niveau als de landelijke stijging. De grootste oorzaak van de landelijke waardestijging is de toegenomen druk op de woningmarkt.

8. VHROSV

Demografische druk

%

2017

70,9

69,0

69

2020

71,4

70

Ten opzichte van het niveau in 2017 is de demografische druk iets gegroeid, maar lichter dan het landelijk gemiddelde. De stijging wordt vooral beïnvloed door een groter aandeel 65-plussers. Het aantal inwoners onder de 20 is juist gedaald ten opzichte van 2017.

8. VHROSV

Gemeentelijke woonlasten éénpersoonshuishouden

euro

2018

915

649

2020

1032

700

8. VHROSV

Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden

euro

2018

982

721

2020

1048

773

Toelichting

1. De gemiddelde WOZ-waarde in Gouda is sinds 2015 met 19,1% gestegen. Dit is iets minder dan de landelijke stijging van 20,3%. Ten opzichte van 2018 kende Gouda een relatief hoge stijging van 9,5% in vergelijking met 7,8% in heel Nederland.