Gemeenschappelijke regelingen

Regio Midden Holland (RMH)

Openbaar belang en visie

Op belangrijke dossiers wordt samengewerkt met diverse gemeenten in de omgeving van Gouda, zowel dichtbij als verder weg, zoals met Alphen aan den Rijn en Woerden. Regionale samenwerking is een belangrijk aspect van de Goudse Toekomstvisie.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

In de regio Midden-Holland werken de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen en Zuidplas samen om de belangen van de regio te behartigen. Dit gebeurt in de vorm van een netwerksamenwerking en rond vijf inhoudelijke tafels. Als inhoudelijke basis is een gezamenlijke strategische agenda opgesteld. Vanuit de wens om focus aan te brengen werken de gemeenten in Midden-Holland aan een viertal inhoudelijke en ‘tafeloverstijgende opgaven’ die opgenomen zijn in deze nieuwe strategische agenda “De kracht van Midden-Holland: de regio van verbinding”. Meer informatie over de ontwikkleingen in 2020 is te vinden in hoofdstuk 3.7.5.

Meer informatie: www.regiomiddenholland.nl

Omgevingsdienst Midden Holland (ODMH)

Openbaar belang en visie

De Omgevingsdienst Midden-Holland (ODMH) draagt bij aan een veilige, duurzame en gezonde leefomgeving. Dit doen zij door de uitvoering van de milieutaken voor de hele regio en de provincie Zuid-Holland en de bouw- en woningtoezichttaken voor de gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Zuidplas en Waddinxveen.

De taken omvatten vergunningverlening, toezicht en handhaving van milieuregels en bouwregels. Daarnaast adviseert de ODMH en voert zij taken uit t.a.v. duurzaamheid, energietransitie, klimaatadaptatie, bodem, externe veiligheid, geluid- en luchtkwaliteit, ecologie en milieueducatie. De dienst houdt ook toezicht op de kwaliteit en veiligheid van officiële zwemwaterlocaties.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

Milieu en duurzaamheid

De activiteiten op het gebied van milieu en duurzaamheid zijn beschreven in de jaarrapportage Milieu 2020. Het aantal uitvoeringsuren is in vergelijking met 2019 toegenomen, omdat er extra werkzaamheden zijn afgesproken in het kader van de raadsbrede programma’s Klimaatadaptatie en Energietransitie gebouwde omgeving. Opnieuw lag het aantal advies- en vergunningverzoeken hoog. Daardoor is de productie 2,7% hoger dan het aantal begrote uren. Dit komt met name door de toegenomen vraag naar adviezen bodemonderzoek en bijvoorbeeld beoordelingen op stikstof bij bouwplannen en projecten. Daarnaast heeft het bestemmingsplan Goudasfalt meer inzet gevraagd dan verwacht.

De ODMH monitort de ontwikkelingen rond zeer zorgwekkende stoffen. Deze categorie zal in de toekomst nieuwe vraagstukken opleveren, vergelijkbaar met PFAS. Het is nog niet in te schatten welke invloed dit zal hebben. Ook lood is een zeer zorgwekkende stof. Provincie Zuid-Holland heeft in 2020 een beleidsregel diffuus lood vastgesteld gericht op het terugbrengen van blootstelling. Zij liet onderzoek doen naar loodgehalten bij speelplaatsen en volkstuincomplexen. Met de Omgevingswet komt de complexe problematiek van diffuus lood naar gemeenten. Dit vraagt in 2021 nog de nodige aandacht.

Helaas is in 2020 nog niet alles duidelijk geworden rond de overdracht van bodemtaken van provincie aan gemeenten in het kader van de Omgevingswet. Dit blijft een potentieel risico. In de loop van 2021 worden naar verwachting de gevolgen voor de taken en het beschikbare budget duidelijk.

Waar verder rekening mee moet worden gehouden is de aanwijzing van Natura2000-gebied Polder Stein als stikstofgevoelig gebied. Hierover is in september 2019 een raadsmemo aan de gemeenteraad gezonden. De aanwijzing kan betekenen dat er voor diverse bouwplannen meer maatregelen nodig zijn om stikstofuitstoot te reduceren. Hierdoor kunnen bouwplannen vertraging oplopen. De aanwijzing is al aangekondigd door de minister maar nog steeds niet in werking getreden. Het is niet bekend wanneer de inwerkingtreding plaatsvindt.

Bouw- en woningtoezicht (BWT)

De activiteiten op het gebied van bouw- en woningtoezicht zijn beschreven in de jaarrapportage BWT 2020. Het aantal aanvragen om een omgevingsvergunning en het aantal toezichtmomenten is licht toegenomen. Tegelijkertijd zien we een meebewegende stijging van de leges waardoor de uitvoering van de primaire BWT-taken kostendekkend zijn uitgevoerd.

Verder zijn er weer veel (grote) projecten uitgevoerd, zoals de voorbereiding op de Omgevingswet, onderhoud monumenten in het kader van Gouda 750, diverse grote bestemmingsplannen en een aantal landelijke onderzoeken (breedplaat- en gevelonderzoek). Door aan het eind van 2020 bijstellingen te plegen op de bestaande productieafspraken met BWT kon het jaar toch nog binnen budget worden afgesloten.

Vanaf 2022 (waarschijnlijke inwerkingtreding Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging voor de bouw) ontstaat een risico van verminderde legesinkomsten. In 2021 worden de gevolgen van de inwerkingtreding van deze wet naar verwachting duidelijker en zal hieromtrent nadere besluitvorming nodig zijn.

Meer informatie: www.odmh.nl

Groenalliantie Midden Holland en omstreken (GA)

Openbaar belang en visie

Groenalliantie behartigt de bovengemeentelijke belangen van het beheer en de ontwikkeling van groengebieden voor de gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Krimpen aan den IJssel en Waddinxveen. De belangen bestaan uit het behoud en de versterking van de groen- en recreatieve verbindingen, landschappelijke kwaliteiten en de biodiversiteit binnen de groengebieden. Ook de bevordering van de leefbaarheid en de toeristische aantrekkingskracht zijn belangrijke speerpunten. Specifiek voor Gouda gaat het om het beheren van de gebieden de Goudse Hout en de Oostpolder. Zowel inwoners van Gouda als bezoekers kunnen in deze gebieden rusten, sporten, bewegen en recreëren.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

De coronapandemie heeft een stempel gedrukt op de ontwikkelingen in 2020. Door de toename van het gebruik van de gebieden is er extra informatie verstrekt en meer inzet van de BOA’s gevraagd, met name in de weekenden en in de vakantieperioden. Daarnaast zijn enkele participatietrajecten uitgesteld. Het is nog te vroeg om een duidelijk beeld te schetsen van de gevolgen van de coronacrisis. Vooralsnog zijn er geen grote (financiële) gevolgen voor de uitvoering van (onderhouds-) werkzaamheden. De onverwachte coronapandemie heeft het belang van natuur- en recreatiegebieden geaccentueerd: groen is goed, gezond en maakt gelukkig.

In alle gebieden van Groenalliantie Midden-Holland zijn in 2020 verbeteringen en aanvullingen in de recreatieve voorzieningen uitgevoerd. De informatievoorziening in alle gebieden is vernieuwd en de planvorming voor sanitaire voorzieningen is afgerond. Alle ontwikkelingen passen binnen de begroting van Groenalliantie.

Beheer- en ontwikkelplan

In 2020 is een beheer- en ontwikkelplan opgesteld. De missie, visie en hoofdopgaven inclusief doelstellingen zijn geformuleerd. Dit plan vormt een algemeen handelingskader voor het bestuur voor de komende 10 jaar. Om invulling te geven aan de drie hoofdopgaven waarvoor de Groenalliantie staat, zijn negen strategische doelen geformuleerd. Door middel van een interactief gebiedsproces met gebiedspartners is een uitvoeringsagenda opgesteld.

Uittreden provincie Zuid-Holland

Het college van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland heeft besloten om per 1 januari 2018 uit diverse recreatieschappen te treden. Voor Gouda betreft dit Groenalliantie. Volgens de afgesloten uittredingsovereenkomst handhaaft de provincie voor de jaren 2018-2021 haar bijdrage op het niveau van 2017. Voor de periode 2022-2025 reserveert PZH gemiddeld over de schappen ongeveer 85% van het in 2021 te verstrekken bedrag. De overige 15% is ‘het flexibele deel’. De provincie heeft met vragenlijsten onderzocht hoe zij de inzet van dit flexibele deel wil verdelen. Dit wordt nog verder onderzocht en besproken met de verschillende schappen.

Bij uittreding heeft provincie Zuid-Holland met de schappen individuele afspraken gemaakt over onder meer de voortzetting en hoogte van de financiering. Voor Groenalliantie gaat het om een jaarlijkse afname van 10% van de financiering. Deze afname is opgevangen in de begroting.

Meer informatie: www.heerlijkbuiten.nl/natuur-en-recreatieschappen/groenalliantie-midden-holland

Streekarchief Midden-Holland (SAMH)

Openbaar belang en visie

Het Streekarchief Midden-Holland (SAMH) is het cultuurhistorisch ‘geheugen' van Midden-Holland. SAMH bewaart o.a. de archieven van Gouda volgens de wettelijke bepalingen in de archiefwet. Het SAMH is daarnaast het regionaal historisch netwerk en historisch documentatiecentrum. Hiertoe worden ook archieven van talloze particuliere instellingen en bedrijven bewaard. Met cultuurhistorie speelt het SAMH ook een rol in de stadspromotie van Gouda.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

Met de ODMH is op 1 januari 2020 een DVO afgesloten voor het uitvoeren van de financiële bedrijfsvoering van het Streekarchief. De financiële slagkracht is daarmee versterkt wat een belangrijke wens was van het bestuur van het archief. De bijdrage van de deelnemende gemeenten is structureel opgehoogd middels een begrotingswijziging. Dit is gedaan omdat onderzoek uitwees dat er geen buffervermogen meer was en tegelijk kon worden vastgesteld dat het SAMH een sobere en doelmatige kostenstructuur bezit. Er is lang sprake geweest van een negatief gat in de cijfers van de SAMH, omdat de noodzakelijke personele kosten structureel te laag zijn ingeboekt in de begroting.

Vooralsnog is de verwachting dat de coronacrisis geen grote financiële gevolgen heeft. De inkomsten worden nauwelijks beïnvloed door de crisis en grote uitgaven als gevolg ervan worden vooralsnog niet verwacht.

Dé grote uitdaging voor 2021 ís de doorvoering van de Woo (Wet Open Overheid). Daarom participeert het Streekarchief in de Proeftuin Woo ‘Vervroegde overbrenging in de praktijk’ als onderdeel van de 6 proeftuinen Woo, die door de VNG worden georganiseerd 2020. Een tweede uitdaging is de dienstverlening aan de burger constant te monitoren op betrouwbaarheid in een deels onbetrouwbaar digitaal informatielandschap. En derde en laatste uitdaging is het voeling houden én actief ondersteunen van lokale initiatieven rond historie en erfgoed.

Tot slot is SAMH gestart met een project dat als doel heeft het versnellen van de aansluiting op een e-depot (waar die ook wordt gepositioneerd) als randvoorwaarde voor borging van duurzame digitale toegankelijkheid.

Meer informatie: www.samh.nl

Promen

Openbaar belang en visie

Promen voert voor Gouda de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) via een gemeenschappelijke regeling uit. Kerntaak is het bieden van betaald werk en ontwikkelingsmogelijkheden aan inwoners met een arbeidsbeperking met een Wsw-indicatie. De Wsw is in 2015 samen met andere wetten opgegaan in de Participatiewet (PW). Vanaf 2015 is er geen nieuwe instroom in de Wsw meer. De huidige arbeidsbeperkten (beschut werk en garantiebanen) worden nu via Prowork bediend. Prowork is speciaal voor de uitvoering van de PW-dienstverlening als BV van Promen opgericht.

Prowork voert in opdracht van de individuele gemeenten re-integratie en mens-ontwikkel-activiteiten uit voor werkzoekenden die ondersteund worden op grond van de PW. Dit in de vorm van leerwerkplaatsen, werkervaringsplaatsen, aangepast(e) werk(plekken) en re-integratiemodules zowel binnen als buiten de locaties van Promen. De concrete afspraken hierover worden vastgelegd in een bijlage bij de Dienstverleningsovereenkomst die met Prowork is afgesloten.

Promen voert doelstellingen uit de programmabegroting uit:

1. Iedereen die kan werken, werkt naar vermogen of is actief voor de samenleving.

2. Voor wie dat nodig heeft is een veilig vangnet beschikbaar (in dit geval in relatie tot werk).

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

Cao ontwikkelingen

Per eind 2020 zijn de huidige cao afspraken voor zowel de SW als het niet-doelgroep personeel verlopen. Er zijn dus nog geen cao’s voor 2021. Ook de werkgeverspremies 2021 zijn nog niet definitief vastgesteld. Dit betekent dat voor wat betreft de loonkostenontwikkeling van deze medewerkers wordt uitgegaan van ramingen.

Op 1 juli 2021 krijgen werknemers met een PW-baan voor het eerst een cao. Recentelijk hebben de vakbonden hierover een akkoord bereikt met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en Cedris, de branchevereniging van sociale werkbedrijven. Door de cao komt er een landelijke loonschaal, pensioenopbouw en reiskostenvergoeding voor deze groep werknemers.

Het traject om tot een nieuw functiehuis te komen voor SW-medewerkers in staf en leiding is afgerond. Dit heeft niet tot extra kosten en risico’s geleid.

Vpb-plicht

Eind mei 2015 is het wetsvoorstel Wet modernisering Vennootschapsbelastingplicht (Vpb-plicht) overheidsondernemingen door de Tweede Kamer aangenomen. Dit betekent dat publiekrechtelijke rechtspersonen, waaronder ook Promen, met ingang van boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016 belastingplichtig worden, voor zover zij een onderneming drijven. Promen heeft voor 2016 en 2017 een vrijstelling gekregen van de heffing van deze belasting. Als gevolg van het Hoofdlijnenbesluit 2017 is de situatie per 1 januari 2018 echter gewijzigd. Per die datum zijn de PW-activiteiten integraal ondergebracht in de onder de GR Promen ressorterende PW-BV (Prowork). Over de nieuwe structuur en de gevolgen daarvan voor de Vpb-plicht, is advies gevraagd van een fiscalist. Inmiddels is er een nieuw vrijstellingsverzoek ingediend bij de belastingdienst voor de boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2018. Deze vrijstelling is verleend maar afhankelijk van de verhouding tussen de PW- en de SW-werkplekken. Promen is nog in gesprek met de belastingdienst over een duurzame vrijstelling van de VPB.

Ook op het gebied van werkgelegenheid lijken tendensen structureel te worden. Individueel gedetacheerde medewerkers stromen steeds meer terug naar Promen. Ook de PW instroom hapert en dat zou, als de harde lockdown nog blijft voortduren, kunnen voortduren.

De coronacrisis in 2020

De landelijke corona-uitbraak in maart 2020 heeft voor Promen verstrekkende gevolgen gehad. Een grote groep kwetsbare medewerkers is meteen al na de uitbraak preventief naar huis gestuurd. Dat maakte het tevens mogelijk om het bedrijf dusdanig in te richten dat er op veilige afstand van elkaar gewerkt kon worden. In het gehele bedrijf zijn er maatregelen getroffen (looplijnen, coronacoaches, aanschaf koortszuilen e.d.) die moeten zorgen voor een veilige werkomgeving en de vereiste afstand. Ook het vervoer van de medewerkers is aangepast. Alle eigen voertuigen (van Groepsdetacheringen en Groen & Schoon) zijn voorzien van de vereiste folies en in de auto’s is het gebruik van mondmaskers verplicht gesteld.

Eind mei is de groep medewerkers die preventief thuis zat geleidelijk weer aan de slag gegaan. Voor sommige mensen blijft het de vraag of zij gedurende de coronacrisis weer aan het werk kunnen. Niet iedereen blijkt zich aan de afstandsregels te kunnen houden, bijvoorbeeld door verstandelijke beperkingen waardoor zij steeds opnieuw vergeten wat 1,5 meter is.

Ondanks de vele maatregelen is er in afgelopen periode toch op één afdeling in de productie-omgeving van Gouda een grote uitbraak van coronabesmettingen geweest. Op deze afdeling wordt voedsel verpakt en gelden specifieke normen ter borging van de voedselveiligheid. Dit betreft o.a. eisen aan hygiëne, maar ook beperking van invloeden van buitenaf. Omdat er chocolade wordt verpakt, wordt de afdeling altijd gekoeld. Om dit efficiënt te doen, is in het verleden gekozen voor een oplossing waarbij de lucht gerecirculeerd en gekoeld wordt. Ramen en deuren blijven zoveel mogelijk dicht om te voorkomen dat ongewenste elementen uit de buitenlucht binnen kunnen komen, maar ook omdat anders in warme periodes de maximumtemperatuur van 18 graden niet wordt gehaald.

Omdat niet goed kon worden verklaard wat de oorzaak was van de verspreiding was, is besloten de gehele afdeling preventief naar huis te sturen en de mensen te vragen 14 dagen in thuisquarantaine te blijven. In overleg met de GGD zijn de vervolgstappen bepaald. Tevens is gekeken naar de mogelijke oorzaak van de min of meer gelijktijdige uitbraak van besmettingen op één afdeling. De directie vermoedde dat er een relatie bestaat met het luchtbehandelingssysteem, dat geen verse lucht van buiten haalt, maar de lucht koelt en recirculeert. Daarom is een specialist aangetrokken die aanbevelingen heeft opgesteld voor de locaties in Capelle en Gouda.

De coronacrisis laat ook financiële sporen na. Promen zal een aanmerkelijk slechter jaar hebben dan de afgelopen jaren. Voorlopige cijfers wezen uit dat 2020 een negatief resultaat te zien zou geven. Dit is het gevolg van het wegvallen van omzet bij klanten, doordat er onvoldoende medewerkers waren die konden werken, het wegvallen van omzet omdat er minder instroom was van medewerkers uit de PW, maar ook door de vele extra kosten die zijn gemaakt zoals voor het vervoer, ontsmettingsmiddelen, mondkapjes, het coronaproof inrichten van werkplekken, auto’s, verbouwingen, extra ketenvoorzieningen voor de medewerkers in het Groen, aanpassingen luchtbehandelingssystemen etc. Promen verwachtte dan ook het jaar 2020 af te sluiten met een nadelig saldo van ongeveer € 1,25 miljoem. Het Rijk heeft aan de gemeenten voor 2020 in twee tranches compensatiemiddelen coronaverliezen SW-bedrijven toegekend. Voor het werkgebied gebied van Promen komt de bijdrage van de 1e tranche neer op een bedrag van € 1,25 miljoen. Door middel van een begrotingswijziging is aan de deelnemende gemeenten naar rato een extra bijdrage gevraagd ten laste van deze compensatiemiddelen. Alle raden hebben positief gereageerd op dit verzoek waardoor Promen een nihil resultaat prognosticeert.

Het luchtbehandelingsadvies kwam er op neer dat in de gebouwdelen zonder adequate mechanische (gegarandeerde) ventilatie alsnog een dergelijk systeem aangebracht zou moeten worden. Om te voorkomen dat die ventilatie de ruimte opwarmt, zal moeten worden voorzien in de koeling van de ingezogen verse lucht. De effecten van deze aanpassing en uitbreiding van de luchtbehandelingssystemen zijn het grootst voor de locatie Gouda.

De kosten van de noodzakelijke aanpassing en uitbreiding van de luchtbehandelingssystemen in Gouda en Capelle kwamen neer op € 1,1 miljoen. Mede door de inzet van de compensatiemiddelen 2e tranche van € 0,7 miljoen is Promen tot een dekkend voorstel gekomen waardoor het luchtbehandelingssysteem aan alle eisen kan voldoen.

De gemeente Gouda heeft via de 1e tranche € 0,468 miljoen en via de 2e tranche € 0,262 miljoen bijgedragen aan de dekking van het tekort en aan de aanpassing en uitbreiding van het luchtbehandelingssysteem.

Meer informatie: www.promen.nl

Bedrijvenschap Regio Gouda (BRG)

Openbaar belang en visie

Het Bedrijvenschap Regio Gouda ontwikkelt het bedrijventerrein Gouwe Park even ten westen van Gouda, langs de A20 en A12. Met deze ontwikkeling draagt deze gemeenschappelijke regeling bij aan het versterken van het vestigingsklimaat in Gouda en de regio voor het midden- en kleinbedrijf en grote ondernemers.

Binnen deze gemeenschappelijke regeling werken de gemeenten Gouda, Waddinxveen en Zuidplas op gelijkwaardige basis samen. De gemeenten nemen elk voor 1/3 deel in het uiteindelijk voor- of nadelig financieel resultaat bij afsluiting van de ontwikkeling. Het Bedrijvenschap is tot medio 2018 geheel gefinancierd met van de gemeente Gouda betrokken vreemd vermogen. Vanwege de grote hoeveelheid grondverkopen vanaf eind 2017 heeft het Bedrijvenschap het vreemd vermogen geheel afgelost. Door de gemeente Gouda zijn en worden geen investeringen in het Bedrijvenschap gedaan.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

In 2020 zijn er 3 definitieve verkoopovereenkomsten gesloten. Verder zijn er in 2020 vier eerder verkochte percelen juridisch overgedragen. Daarnaast zijn twee reserveringsovereenkomsten gesloten, die naar verwachting in 2021 tot een koopovereenkomst zullen leiden. De stand van zaken eind 2020 is dat er nog 1 kavel beschikbaar is voor verkoop.

In de vergadering van het Algemeen Bestuur van deze gemeenschappelijke regeling van 4 december 2019 is besloten om in de jaren 2020 en 2021 over te gaan tot tussentijdse fysieke winstuiterkering en in 2022, bij beëindiging van deze gemeenschappelijke regeling het dan resterend saldo uit te keren. In dit verband heeft in 2020 heeft de eerste uitkering aan de deelnemende gemeenten plaatsgevonden.

Dit betrof een bedrag van € 3.000.000; per deelnemende gemeente derhalve € 1.000.000. Zowel in 2021 als ook in het jaar 2022 wordt een winstuitkering van dezelfde omvang verwacht.

Gevolgen coronacrisis

Direct bij het begin van de coronacrisis viel de belangstelling voor de resterende kavels op Gouwe Park nagenoeg volledig weg. In één geval is een eerder getekende koopovereenkomst zelfs ontbonden. Rond de zomer kwam daar verandering in. Sindsdien is de belangstelling enigszins hersteld. Ondernemers zijn evenwel voorzichtig geworden in het doen van nieuwe investeringen. Dit is een gevolg van gebrek aan perspectief en anderzijds door de terughoudendheid van financiële instellingen om de voorgenomen nieuwbouw te financieren.

Meer informatie: www.gouwepark.nl

Grondbank Het Groene Hart (GHGH)

Openbaar belang en visie

Vanaf 2011 functioneert de Grondbank Het Groene Hart (Grondbank RZG Zuidplas) als stallingbedrijf. De gronden zijn bedoeld voor de ontwikkeling van de Zuidplaspolder tot een gebied voor wonen, werken en natuur, indirect draagt de Grondbank bij aan het invullen van de regionale woningbouwopgave.Het aandeel van Gouda in de Grondbank is 6%. Voor dit percentage draagt Gouda bij aan de kosten van de Grondbank en staat via een verliesvoorziening samen met de andere deelnemers garant voor de eventuele tekorten.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

Uit een taxatie uit 2019 blijkt dat de marktwaarde van de gronden van de Grondbank op € 74,5 miljoen ligt, dat is € 21 miljoen onder de boekwaarde van € 95,5 miljoen. Ook in 2020 zijn de gesprekken tussen de Grondbank en de gemeente Zuidplas over de grondverkoop voor de woningbouwplannen in het Middengebied van de Zuidplaspolder voortgezet. Parallel aan deze overleggen is de gemeente Zuidplas verder gegaan met het uitwerken van de ontwikkelplannen tot een Masterplan Middengebied. In de gesprekken die eind 2020 nog liepen tussen de gemeente Zuidplas en de Grondbank is het uitgangspunt voor de Grondbank bij verkoop van de gronden een kostenneutrale afsluiting van deze gemeenschappelijke regeling.

Gevolgen coronacrisis

De coronacrisis heeft nauwelijks gevolgen gehad voor de Grondbank. Aan de inkomstenkant, bij de verhuur en pacht van de gronden zijn op heel beperkte schaal maatregelen in de vorm van uitstel van huur nodig gebleken als gevolg van de coronacrisis. Ten opzichte van de totale begroting van de Grondbank, zijn de financiële gevolgen hiervan nihil. Aan de uitgavekant heeft de coronacrisis niet geleidt tot extra uitgaven. Omdat de vraag naar woningen onverminderd groot is gebleven, heeft de coronacrisis ook geen gevolgen gehad voor de planontwikkeling van de gemeente Zuidplas voor woningbouw in de Zuidplaspolder. Daardoor is ook in 2020 op grond van de besluiten en de hieraan gekoppelde planologische invulling de reële kans op het inlopen op de verliesvoorziening overeind gebleven.

Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg (RDOG)

Openbaar belang en visie

De RDOG bewaakt, beschermt en bevordert de gezondheid van de burgers in de regio Hollands Midden in normale en crisisomstandigheden. Daarnaast zet de RDOG in om de effecten van gezondheidsbedreigingen te beperken. Dit gebeurt door de belangen te behartigen van de aan de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten op het terrein van de openbare gezondheidszorg, volksgezondheid en ambulancezorg.

Wijze dienen belang

De RDOG geeft uitvoering aan drie diensten: de GGD (Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst), GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) en RAV (Regionale Ambulance Dienst). De werkzaamheden lopen uiteen van structurele en preventieve maatregelen tot aan de voorbereiding op gezondheidsbedreiging en effectief optreden bij een daadwerkelijke gezondheidsbedreiging. Voor de openbare gezondheidszorg komt daar het bevorderen van de toegang tot zorg nog bij.

Wettelijke taken

  1. Het afgelopen jaar heeft in het teken gestaan van de benodigde opschaling in het kader van de infectieziekten bestrijding COVID-19 ten behoeve van het grootschalig testen en uitvoeren van de bijbehorende bron- en contactonderzoeken.
  2. De overige wettelijke GGD-taken zijn uitgevoerd zover de lockdown dit toestond. Het gevolg was dat personele capaciteit beschikbaar kwam voor de bestrijding van corona.

Publieke Zorg Jeugd

  1. Voor de Jeugd Gezondheidszorg (JGZ) 0-19 jaar is overeenkomstig landelijke afspraken een noodplan uitgewerkt en vervolgens is met deze afspraken gewerkt. Zo veel als mogelijk is doorgegaan met de JGZ en met name de werkzaamheden voor de jongste kinderen hadden daarbij prioriteit. De CJG’s zijn open gebleven. Voor de oudere kinderen die normaliter op school werden gezien, is de JGZ zoveel mogelijk in een andere vorm doorgegaan. Uiteindelijk zijn achterstanden ten opzichte van het reguliere pakket ontstaan, die niet ingehaald worden.
  2. De taken voor gezondheidsbevordering werden in het nieuwe schooljaar weer opgepakt, veelal digitaal.
  3. Voor Toezicht kinderopvang is een landelijk “vinger-aan-de-pols”-beleid uitgevoerd.

Het Rijksvaccinatieprogramma voor jonge kinderen is doorgegaan, groepsvaccinaties zijn gestart met inhaalcampagnes.

Maatschappelijke Zorg/Veilig Thuis

  1. Er was sprake van een daling van de instroom bij Veilig Thuis ten opzichte van de verwachte groei. De werkzaamheden zijn verder volledig uitgevoerd, zij het soms in iets andere vorm.
  2. Het Crisisinterventieteam zag in het tweede kwartaal een duidelijke stijging, in het derde kwartaal was er sprake van stabilisatie.
  3. Het Meldpunt Zorg en Overlast en het Jeugdpreventieteam zagen een stabilisatie van het aantal meldingen.
  4. Vanaf 1 januari 2020 geldt de Wet verplichte GGZ, de werkprocessen zijn afgestemd en de taken werden uitgevoerd volgens plan.

Dit alles heeft geleid tot een behoedzaam financieel beleid.

Geneeskundige Hulp bij Ongelukken en Rampen

GHOR heeft een coördinerende en adviserende rol bij zowel zorgorganisaties als de veiligheidsregio. Activiteiten in de afgelopen periode zijn onder meer het monitoren van de patiëntenstroom COVID-19 en monitoren planvorming zorgsector COVID-19. GHOR is tevens gestart met het project informatiedeling tussen de zorgketen (via het informatiesysteem LCMS Geneeskundige Zorg) en de crisisorganisatie.

Een aantal geplande activiteiten is tijdens de eerste fase van de COVID-19 crisis niet doorgegaan. De vrijvallende capaciteit hierdoor is gebruikt voor de crisistaken, voor uitbreiding en intensivering van relaties in het zorgnetwerk en voor nieuwe taken (zoals ketenregie en advisering noodverordening.)

Het jaarplan Opleiden, Trainen, Oefenen wordt in 2020 beperkt uitgevoerd en in een andere opzet. De financiële effecten van corona op het programma GHOR zijn opgenomen in de declaratie van de GGD bij het ministerie van VWS.

De RDOG geeft uitvoering aan drie diensten: de GGD (Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst), GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) en RAV (Regionale Ambulance Voorziening). De werkzaamheden lopen uiteen van structurele en preventieve maatregelen tot aan de voorbereiding op gezondheidsbedreiging en effectief optreden bij een daadwerkelijke gezondheidsbedreiging. Voor de openbare gezondheidszorg komt daar het bevorderen van de toegang tot zorg nog bij.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

De RDOG voert een groot aantal taken voor inwoners, gemeenten en overige cliënten uit op een manier die kwalitatief voldoende is en die, binnen de huidige randvoorwaarden, zo efficiënt mogelijk is ingericht. Uit diverse onderzoeken bleek dat de capaciteit bij de RDOG ver onder het landelijk gemiddelde lag van vergelijkbare GGD-en. Ook wees de accountant in 2019 op diverse gebreken binnen de organisatie.

Dit was aanleiding voor de RDOG om het programma RDOG2024 op te starten, waarbij onderzoek wordt gedaan welke toekomstige investeringen en capaciteit nodig zijn om een robuuste organisatie te realiseren. De resultaten van het onderzoek worden vervolgens gebruikt voor de realisatie van diverse verbeteringen. In 2020 zijn diverse structurele verbeteringen aangebracht om diverse staffuncties te versterken, zoals op strategisch gebied en HRM.

Het programma richt zich vier jaar 2020-2024) op de vereiste organisatieontwikkeling binnen RDOG en de samenwerking met haar doelgroepen, opdrachtgevers en (keten)partners. Het programma RDOG2024 zorgt ervoor dat de RDOG in 2024 een (strategisch) wendbare, moderne (datagedreven) en klantgerichte organisatie is. Een organisatie die meebeweegt met veranderingen in de samenleving en met integrale gezondheidsdeskundigheid bijdraagt aan een gezonder en veiliger Hollands Midden. Daarbij heeft de RDOG extra oog voor inwoners in kwetsbare situaties. De kracht van het programma ligt in het verbeteren van de interne processen zodat de inwoners merkbaar betere ondersteuning krijgen. Dit terwijl de taken van de RDOG voor de opdrachtgevers op een moderne, datagedreven wijze worden uitgevoerd tegen aanvaardbare kosten. De resultaten van het programma RDOG2024 komen rond april 2021.

Risico’s: de kosten gaan voor de baten uit en in de beginjaren 2020 en 2021 zijn de kosten van het programma RDOG2024 hoger dan de opbrengsten.

Meer informatie: www.rdoghm.nl

Corona, over de GGD-werkzaamheden

De uitbraak van het coronavirus in februari 2020 had het hele jaar een grote impact op de RDOG. De organisatie heeft een vitale maatschappelijke en wettelijke functie in de infectieziektebestrijding, waarvoor veel inzet van medewerkers werd gevraagd. Daarnaast werden diverse GGD-taken in aangepaste vorm uitgevoerd om te borgen dat de potentiele verspreiding van corona werd voorkomen.

Begin juni werd het plan voor grootschalig testen en uitvoeren van de bijbehorende corona- en contactonderzoeken door GGD’en gepresenteerd. De afgelopen periode stond in het teken van de daarvoor benodigde opschaling van de corona-werkzaamheden van de GGD. Als gevolg van het strakke kabinetsbeleid met de intelligente lockdown, werd het virus in de zomerperiode goed teruggedrongen. Dit had ook te maken met de positieve invloed van de zomerse temperaturen. Ondertussen werd duidelijk dat de corona-taken voor een langere periode uitgevoerd moesten worden. De RDOG heeft daarom ingezet op het bestendigen van deze taken in de RVE (Resultaat Verantwoordelijke Eenheid) Corona. Hierdoor ontstond de ruimte om na de zomer de reguliere taken weer volledig op te pakken.

In de zomer nam het aantal besmettingen van het coronavirus in Nederland weer toe. In die periode was de RVE Corona nog in opbouw. Ondanks de relatief beperkte capaciteit –mede door het RDOG-beleid om medewerkers van de vakantierust te laten genieten- is het gelukt om deze besmettingshaarden tijdig te signaleren en bleven deze clusters relatief beperkt in het aantal besmettingen.

Begin september bleek dat de opmars van het virus aan de zogenaamde tweede golf was begonnen. Deze opgave van de bestrijding hiervan was dermate groot, dat de opschaling van alle corona-werkzaamheden ook in september nog volop gaande is. Op verzoek van het ministerie van VWS werd daarom meer opgeschaald dan de in de zomer gemaakte afspraken.

Inmiddels werd ook duidelijk wat de financiële consequenties voor de RDOG-organisatie waren:

  1. De extra corona-werkzaamheden van de GGD waren fors. Dit betrof met name de taken op het gebied van crisisbeheersing. Het ging hierbij om het grootschalig testen, het bron- en contactonderzoek, en de adviesfunctie voor (zorg)instellingen. De financiële consequenties hiervan werden toen geraamd op € 7,4 miljoen. Dit werd gefinancierd rechtstreeks via het ministerie van VWS.
  2. Diverse GGD-taken werden in aangepaste vorm uitgevoerd. Dit had allerhande effecten. Zo waren er bijvoorbeeld consequenties voor de planning van uitvoering, werden andere werkvormen gekozen en werden werkruimten aangepast. Ook deze kosten kwamen in aanmerking voor compensatie via het ministerie van VWS.
  3. De laboratoria ontvingen de vergoeding voor de analyses van de testen via de GGD’en in Nederland. De financiële consequenties hiervan werden geraamd op € 27 miljoen.
  4. Niet uitgevoerde taken ten gevolge van de lockdown/corona. Met het ministerie van VWS en de VNG werden afspraken gemaakt hoe hiermee om te gaan. Uitgangspunt was dat de Bpi / Bpk (Bijdragen per inwoner c.q. bijdrage per kind) gehandhaafd bleef. Echter taken uit schil 3 en schil 4 die niet werden uitgevoerd werden ook niet in rekening gebracht. De RDOG HM bezag in het laatste kwartaal welke taken konden worden ingehaald c.q. alsnog in 2020 uitgevoerd. Dit was mede afhankelijk van de ontwikkelingen van het virus in de laatste maanden van 2020.

Situatie eind 2020

De GGD-werkzaamheden rondom testen en traceren verliepen aan het einde van 2020 soepel.Er was sprake van acceptabele doorlooptijden en een compleet bron- en contactenonderzoek was mogelijk. De aandacht verschoof in belangrijke mate naar de vaccinatiecampagne. Voor de uitvoering van de vaccinatiewerkzaamheden op de drie grote GGD-locaties die als eerste werden ingericht zijn, is een groot contract aangegaan met het Nederlandse Rode Kruis (NRK). Het NRK organiseert in belangrijke mate de planning van het personeel en alle operationele vaccinatieactiviteiten op de locaties. Het NRK functioneert daarmee als payroll organisatie voor de ingezette medewerkers. Daardoor blijft het GGD-personeel beschikbaar voor het uitvoeren van de reguliere GGD-werkzaamheden. In afstemming met de betreffende gemeenten is gekozen om locaties in te richten als centrale vaccinatielocaties, te weten De Limeshal in Alphen aan den Rijn en De Dick van Dijk hal in Gouda.

Risico’s: de ontwikkeling van corona is zeer dynamisch evenzo de maatregelen om de pandemie te beteugelen. De financiële effecten hiervan kunnen fors zijn. In het algemeen is financiering vanuit VWS hiervoor beschikbaar.

Meer informatie: https://eengezonderhollandsmidden.nl/dashboard/dashboardthemas/corona

Veiligheidsregio Hollands-Midden (VRHM)

Openbaar belang en visie

De Veiligheidsregio Hollands Midden behartigt de belangen van deelnemende gemeenten op het terrein van brandweer, geneeskundige hulpverlening bij zware ongevallen, rampen en rampenbestrijding. Alsmede het realiseren van een gecoördineerde inzet van de bij zware ongevallen en rampen betrokken organisaties, instellingen en diensten.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

Brandweer en Crisisbeheersing.

Belangrijke ontwikkelingen in 2020 zijn nog steeds zaken zoals het werven van brandweervrijwilligers, het blussen van complexere branden (in combinatie met technologische ontwikkelingen), de mogelijke consequenties Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) voor vrijwilligers en de effecten van de invoering van de Omgevingswet. Een belangrijk punt in 2020 was de toekomstbestendige bluswatervoorziening. Dit zal samen met gemeenten en drinkwaterbedrijven middels een pilot met een combinatie van waterwagens en watertransportsystemen opgepakt worden. Deze pilot volgt einde 2021/begin 2022.

Vanuit het onderdeel risico- en crisisbeheersing werd in 2020 onder meer gewerkt aan het uitvoeren van risicoanalyses over fysieke veiligheid in de openbare ruimte, het opstellen van adviezen voor de vergunningverlening en het voorbereiden van de multidisciplinaire crisisorganisatie bij een grootschalig incident. In 2020 is gestart met het minder regelgericht en meer risicogericht werken. Ook richtte de VRHM zich meer op risicomanagement van de veiligheidsketen.

Gemeenschappelijke Meldkamer

De meldkamer is belast met het ontvangen, registreren en beoordelen van alle acute hulpvragen ten behoeve van de hulpdiensten. Daarnaast is het bieden van een adequaat hulpaanbod en het begeleiden en coördineren van de hulpdiensten een belangrijke taak. In 2020 werd toegewerkt naar een virtueel genetwerkte organisatie van alle meldkamers met maximaal tien meldkamerlocaties. Aan de overdracht van mensen en middelen wordt op dit moment gewerkt. Verder zal er in de nabije toekomst veel meer ingespeeld worden op technische ontwikkelingen.

Bevolkingszorg

De praktijk leert dat andere hulpdiensten steeds meer voor wat betreft bevolkingszorg van gemeenten verwachten dat ze 24/7 inzetbaar zijn. Binnen de mogelijkheden van gemeenten wordt dit opgepakt. Een kwetsbaar punt voor gemeenten is de overgang van gemeentelijke crisisorganisatie naar staande gemeentelijke organisatie en de nafase. Hieraan wordt gewerkt door de gemeenten in samenwerking met de Veiligheidsregio. Dit is wel vertraagd door de coronacrisis aangezien dit, wat betreft bevolkingszorg, nu veel van gemeenten vergt.

Gevolgen Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) voor brandweervrijwilligers

Een belangrijk punt voor de toekomst dat voor structurele kosten zal zorgen is de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra). Doel van deze wet is om de rechtspositie van ambtenaren zoveel mogelijk gelijk te stellen aan die van werknemers in het bedrijfsleven. Dit heeft ook gevolgen voor brandweervrijwilligers. Brandweervrijwilligers worden onder de Wnra als deeltijdwerkers gezien die in aanmerking komen voor een arbeidscontract, pensioen moeten opbouwen enz. Momenteel is de veiligheidsregio bezig met het uitwerken van een aantal oplossingsrichtingen.

Meer informatie: www.vrhm.nl

Belastingsamenwerking Gouwe Rijnland (BSGR)

Openbaar belang en visie

De Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland (BSGR) is de uitvoeringsorganisatie voor gemeentelijke- en waterschapsbelastingen van tien deelnemende gemeenten en het Hoogheemraadschap van Rijnland. De BSGR voert ook taxaties uit (bepaalt de hoogte van de WOZ-waarden voor alle onroerende zaken in de deelnemende gemeenten). Het beleid van heffing en invordering van belastingen en de belastingverordeningen worden door de deelnemers zelf vastgesteld.

Ontwikkelingen 2020 en eventuele risico's

De BSGR heeft in 2020 aanslagen opgelegd tot een bruto bedrag van € 494 miljoen (2019: € 472 miljoen). Het verschil wordt voor het grootste deel veroorzaakt door de uitbreiding met de gemeente Leiderdorp (€ 13,5 miljoen), deels door areaaluitbreiding binnen gemeentes zelf en door de stijging van de tarieven bij de deelnemers.

Alle grote kohieren zijn conform planning opgelegd. Door de coronacrisis zijn er wel wijzigingen opgetreden voor met name de kohieren precario en toeristenbelasting. Zo heeft de gemeenteraad van Gouda in oktoberr 2020 besloten om de tarieven voor toeristenbelasting, precario terrassen en uitstallen van goederen op 0 vast te stellen voor 2020 en 2021. Dit betekent dat er voor het belastingjaar 2020 geen aanslagen toeristenbelasting, precario terrassen en precario uitstallen van goederen zijn opgelegd . Bij de kleinere kohieren is meerdere malen afgeweken van de planning. Dit heeft onder andere te maken met de complexiteit van de aanlevering waardoor de gegevens vaak niet op tijd worden aangeleverd. De BSGR heeft een exotenmodule ontwikkeld. Hiermee kunnen deelnemers gemakkelijk de bestanden aanleveren, zodat deze door de BSGR rechtstreeks in het systeem kunnen worden ingelezen. Gouda heeft in 2020 de eerste ervaringen opgedaan met deze exotenmodule in combinatie met het zaaksysteem van Gouda.

Verder zijn er op het gebied van automatisering veel ontwikkelingen. Zo is er een nieuwe afnamefunctionaliteit vanuit de landelijek voorziening WOZ ontwikkeld, wordt er gewerkt aan een implementatie van het Handelsregister en gaat de levering vanuit de Basisregistratie Kadaster drastisch wijzigen. Daarnaast is de keuze gemaakt om van de applicatie naar de SaaS (software as a service)- omgeving bij Centric over te stappen.

Vanaf 2019 is het kostprijscalculatiemodel volledig van toepassing. Bij de deelnemers wordt een voorschot in rekening gebracht. Na afloop van het jaar vindt een afrekening plaats op basis van het werkelijk aantal opgelegde aanslagen. In het model is voor ieder type aanslag een kostprijs bepaald waarvan de hoogte afhankelijk is van de complexiteit van de heffingsmaatstaf. De systematiek van de berekening van de bijdrage aan de BSGR heeft voor Gouda in financieel opzicht gunstig uitgepakt.

Meer informatie: www.bsgr.nl